Delen op FacebookDelen op WhatsAppDelen op TelegramDelen op X (Twitter)Å bergig ås, där står mitt hus, Högt över skog och sjö. Där såg jag första dagens ljus, Och där vill jag ock dö. Må ho, som vill, gå kring världens rund: vare herre och dräng den det […]
Op een bergkam, daar staat mijn huis,
Hoog boven bos en meer.
Daar zag ik het eerste licht van de dag,
En daar zal ik ook sterven.
Laat iedereen die dat wil, de wereld rondgaan:
wees heer en dienaar voor hem die het kan!
Maar ik sta liever op mijn eigen grond
en ik geef er de voorkeur aan mijn eigen man te zijn.
Ik ben niet aangetrokken door de naam van eer.
Maar ze leeft in mijn borstkas.
Mijn oogst groeit niet in de armen van geruchten.
Ik knip het rustig elke herfst.
Hij die de aarde beheerst heeft duizend benen
en nog duizend andere wapens.
Maar ze zijn moeilijk te bewegen - mijn arm is niet laat
om naar buiten te brengen wat ik wil.
Ik geloof de valse race van de golf niet,
die zonder rust gaan.
De vaste aarde, zij is mijn hoop,
toont ze eeuwig geloof.
Ze voedt me uit haar holle boezem
de tijd die het lot me gaf.
Ik weet zeker dat ze me krijgt, ze houdt me warm,
als ik sterf, in een diep graf.
Ik hou niet van lawaai en gebonk.
Als er grote dingen gebeuren, gebeuren ze stilletjes.
Spoedig zal er geen spoor meer zijn van de storm,
van de bliksem, toen scheen het.
Maar rustig voegt de tijd zich van moment tot moment,
en toch telt gij zijn dagen niet.
En geruisloos stroomt de balg in de bodem van de zee;
hoewel de regenstroom's brullende vader.
Dus ook ik bewandel een rustig pad:
Ik word niet veel ondervraagd.
En mijn broers lijken op mij,
ieder op zijn plaats.
We zullen voor het land het voedende sap vinden.
Wij voeden het - het brood is van ons.
Van ons heeft het gezondheid, van ons heeft het kracht,
en laat het bloeden - het bloed is van ons.
Elke plaag heeft zijn eigen kreet,
maar gezondheid zwijgt;
daarom wordt er niet over mij gesproken,
alsof ik niet bestond.
De machtige legers met geschreeuw en met gebrul
koninkrijken en dorpen omver te werpen;
rustig bouwen ze de boer en zijn zoon,
zoals zo in bloed-bevlekte brij.
Voor mij is veel leren niet zwaar,
Ik weet alleen waar de mijne is.
Wat goed is, geef ik aan God en Koning
en geniet van de rest.
De geleerden, de rijken, zij breken hun verstand
om te weten wiens recht goed is.
Ik ben schoon is het recht dat je hebt verdiend met je zweet
...en die zij met hun bloed hebben beschermd.
Ik loop niet gestaag rond het huisje;
want het verwarmt mijn hart,
Ik loop naar Svea ting
met het schild op mijn arm.
Met veel woorden spreekt onze wetsdienaar niet
voor de koning in het algemeen.
Maar sterk is de almachtige's ja of nee
onder het wapengekletter.
En als het oorlog is moet men een oproep doen,
gaan we de tuin uit:
waar de koning zijn banier plaatst,
waar de strijd hard toeslaat.
Voor de geliefde panter in moeders armen,
voor vaders, voor huizen vechten we.
En ken onze obscure naam niet,
Zweden kennen ons.
- - -
Zo vrolijk zingend bij de knapperende kachel
in de koude winteravond
de oude man op de boerderij
met zonen zijn' in zijn tent.
Hij zit de staf van zijn leeftijd te verzorgen.
Moge zijn lijn in Zweden geen einde kennen!
Wel, de herinnering van de boer is in het graf gezonken;
maar zijn werk duurt eeuwig.
Abonneer je op YouTube:
Als je het waardeert Allmogens Onafhankelijk werken om onze mooie Zweedse geschiedenis en Noordse cultuur uit te beelden, u bent van harte welkom om iets leuks te kopen in de winkel of ons te steunen met een vrijwillige donatie. Dank u bij voorbaat!
Steun Allmogens via Swish: 123 258 97 29
Steun Allmogens door sluit u aan bij
Steun Allmogens in uw testament